ArtWay

De veertigdagentijd herinnert mij eraan dat ik niet vast hoef te zitten in oude patronen van denken en handelen. Vernieuwing is mogelijk.

Kunstenaars

Bellini, Giovanni - BM - William R. Cross

Giovanni Bellini: Sint Franciscus in de woestijn

Een enkele zonnestraal

door William R. Cross

Het eerste wat opvalt in dit schilderij van Giovanni Bellini (1430-1516) is het landschap. Rechtsboven zien we een blauwgrijze rotsformatie die doorloopt tot op de voorgrond. De planten die in de spleten van dit vulkanisch gesteente groeien zijn zeer gedetailleerd weergegeven. De waterkruik naast het plantenbed met de geneeskrachtige kruiden en de marmeren waterafvoer linksonderin ademen een sfeer van harmonie tussen de schepping en het door de mens geschapene. Vlak onder de goot zit een ijsvogel op het uiteinde van een tak van de dode plant waarop de handtekening van de kunstenaar is afgebeeld (zie hieronder). Deze vogel staat sinds de middeleeuwen symbool voor de opstanding, omdat hij ieder jaar zijn bloedrode borstveren verliest. Een ondeugend konijn dat verlegen uit een rotsspleet gluurt doet ons denken aan een uitspraak van de heilige Hieronymus (347-419): hij noemde Mozes ‘het kleine konijn van de Heer’ (n.a.v. Exodus 33:22). Recht daarboven groeit een jonge olijfboom als een nieuwe scheut uit een oude stronk – de stronk van Isaï uit Jesaja 11:1. Hierin zit een stille hint naar de joodse wortels van het christelijk geloof vervat.

Achter de rotsen staat een vriendelijk ezeltje in de wei. Het herinnert ons eraan dat net zo’n lastdier met zijn warme adem over de pasgeboren Jezus blies en hem dagen later als vluchteling naar Egypte droeg en dat een andere ezel hem vlak voor zijn dood Jeruzalem binnendroeg. Naast de ezel zit een grote reiger ongemakkelijk op de rand van een zandstenen rots. De Venetianen vonden deze vogel wijs en slim, omdat hij palingen en slangen kon overmeesteren. Boven de reiger leunt een eenzame herder op zijn staf te midden van zijn schapen. Hij kijkt ons direct aan. Een verwijzing naar de goede herder?

Achter de herder rijst een schilderachtige stad op met daarboven een stralende ultramarijn-blauwe lucht. Ongetwijfeld herkenden de tijdgenoten van Bellini deze stad op de heuvel met zijn vele poorten en torens onmiddellijk. Het is ‘de heilige stad, het nieuwe Jeruzalem, dalend uit de hemel, bij God vandaan… met een grote hoge muur met twaalf poorten, maar geen tempel, want God, de Heer, de Almachtige, is haar tempel met het Lam’ (Openbaring 21). De stad van God is leeg afgebeeld met open poorten alsof zij wacht op de komst van al de volkeren ‘die in haar hun lof en eer komen betuigen.’

Onderin het schilderij staat een man die geen enkele aandacht heeft voor het levendige landschap, een man met een uitdrukking op zijn gezicht ooit omschreven werd als ‘niet langer zachtmoedig, onderdanig en alles verdragend, maar vol vuur, krachtig en van een bijna militante godvrezendheid.’ Dit is Sint Franciscus (1181-1226), weergegeven in een houding die overeenkomt met de rots achter hem. De stigmata in zijn beide handen zijn onopvallend afgebeeld, de tastbare tekenen van zijn intense identificatie met de wonden van Christus.

De heilige zet nederig en vol vertrouwen een stap voorwaarts. Hij bidt met open ogen en handen, in vreugdevolle extase en met heilig ontzag, alsof hij op het punt staat zijn beroemde lofzang aan te heffen. Van zijn hut komen wij iets te weten over zijn leven als kluizenaar. Hij leeft op een afgezonderde plek binnen de gemeenschap, niet in volledige eenzaamheid, getuige de deurbel die aan een dun touwtje is bevestigd (zie hieronder). Zijn houten klompen (zoccoli) bij de ingang van zijn cel duiden erop dat hij hoort bij de Zoccolanti (minderbroeders) en verwijzen naar het verhaal van Mozes en de brandende braamstruik. De crucifix en de doornenkroon herinneren de monnik bij zijn dagelijkse meditatie aan het lijden en sterven van Christus, terwijl de schedel en het gebedenboek horen bij een leven van inkeer en gebed. Dat dit voorwerpen zijn die figureren in het leven van elke broeder suggereert dat de heiliging die Franciscus nastreeft voor ieder van hen bereikbaar is.

De horizontale latten van de lessenaar en pergola vormen lijnen die laten zien dat Bellini gebruikmaakte van het lineaire perspectief dat voor het eerst in 1435 door Leon Battista Alberti (1404-1472) werd toegepast. Deze lijnen convergeren niet naar een verdwijnpunt in het midden van het schilderij, maar naar een punt linksbuiten het paneel, precies op de lijn van het met ontzag gevulde gezicht van Franciscus. Wat ziet hij?

Bellini onthoudt ons met opzet het antwoord. Maar hij geeft ons een aanwijzing: de laurierboom – die vanouds verwijst naar het eeuwige leven – waarvan de onderste bladeren meer oplichten dan de bovenste en de takken buigen onder de kracht van een sterke wind die slechts deze ene plant beroert. Het is een goddelijk licht, God die krachtig onze wereld binnenbreekt, het bovennatuurlijke dat in en door de natuur kenbaar is. De schilder vertelt ons niet hoe het bovennatuurlijke te werk gaat, maar hij zegt ons dat het aanwezig is en werkt in onze wereld.

De Franciscus van Bellini getuigt van Gods aanhoudende aanwezigheid in de wereld die hij maakte. Franciscus schijnt ooit gezegd te hebben: ‘Een enkele zonnestraal is genoeg om vele schaduwen te verdrijven.’ Hij nodigt ons uit in zijn visioen te delen en ons heil te zoeken bij de verlosser wiens wonden hij draagt. 

******

Giovanni Bellini: St. Franciscus in de woestijn, 1476-1478, olie op populierenhout, 124.6 x 142 cm. De Frick Collection, New York, USA.

Giovanni Bellini (c. 1435–1516) werd geboren in een voorname artistieke Venetiaanse familie. Zijn vader Jacobo Bellini (1396-1470) onderwees niet alleen Giovanni en zijn broer Gentile Bellini (1429-1507), maar ook Andrea Mantegna (1431-1506), die hun zuster trouwde. Giovanni reisde weinig, maar nam toch invloeden van andere noordelijke en Italiaanse schilders en theoretici in zich op en maakte werken die gekenmerkt worden door een grote sereniteit en harmonie qua kleur, compositie en gebruik van licht. Onder zijn studenten bevonden zich sommige van de grootste Italiaanse schilders van de Renaissance, waaronder Titiaan (c. 1485-1576), Sebastiano del Piombo (c. 1485-1547) en de vroeg gestorven Giorgione (1478-1510).

William R. Cross schrijft een wekelijkse column over kunst voor de gemeente van Christ Church, Hamilton, Massachusetts, USA.

Artway beeldmeditatie 29 april 2018