ArtWay

Kunstenaars openen onze ogen voor rijkdom en betekenis. Sandra Bowden

Artikelen

Heilige beelden en gehoorzame ogen - V.E. Jones

Heilige beelden en de ontwikkeling van gehoorzame ogen

door Victoria Emily Jones

Beelden vormen onze verlangens. Ook al willen we graag geloven dat we immuun zijn voor hun invloed en ze ons niet vertellen wat goed is of mooi, het is een feit dat ze ons heel subtiel betoveren. Zeker wanneer we jarenlang aan hun invloed worden blootgesteld. En hiermee bedoel ik niet alleen advertenties en amusementsprogramma's die de mythe in stand houden dat er maar één soort lichaam aantrekkelijk is. Iiets wat ons ontevreden kan maken met ons eigen lichaam of dat van onze partner.

Ik heb het ook over de schijnbaar onschuldige beelden op social media. Onderzoek heeft aangetoond dat regelmatig gebruik van Facebook bijvoorbeeld tot depressiviteit kan leiden, omdat mensen zichzelf voortdurend vergelijken met anderen. Ze worden jaloers op het leven van anderen en voelen de druk om voortdurend hun image op te moeten houden. Iemand uit je netwerk plaatst bijvoorbeeld een foto van een cadeau van haar geweldige en attente echtgenoot ‘gewoon-omdat-hij-van-haar-houdt’ en direct voel jij je minder geliefd. Iemand anders plaatst een selfie van haar duikavontuur op Malta en je vraagt je af waar het avontuur in jouw leven is gebleven. Een vriendin van de middelbare school herinnert je aan het tikken van je biologische klok met het fotoalbum van haar tweejarige peuter. Of je wenst bij het zien van haar pas afgestudeerde zoon dat die van jou ook was gaan studeren.

Dit betekent niet dat afbeeldingen of beelden op zich verkeerd zijn, of je ze nu maakt of bekijkt. Sterker nog, we hebben ze nodig. Maar we moeten ervoor waken dat ze zich niet in ons hoofd nestelen en onze ideaalbeelden worden. Of het nu gaat om een parfumreclame op tv of een foto op Instagram van een exotisch diner, we moeten de macht, die bepaalde beelden over ons hebben, verbreken. Ze moeten niet ons van labels voorzien (lelijk, saai, ongewenst, mislukkeling), maar wij moeten hen labelen: als vals en onheilig bestempelen zodra ze absolute macht over onze levens claimen of wanneer ze onze identiteit herdefiniëren in strijd met de identiteit die volgens de Bijbel in Christus de onze is.

Willie James Jennings behandelt in zijn essay ‘The Desire of the Church’, gepubliceerd in The Community of the Word: Toward an Evangelical Ecclesiology (InterVarsity Press, 2005), de vervorming van onze perceptie en verlangens als gevolg van de zondeval. Volgens hem is de boom van de kennis van goed en kwaad het eerste onheilige icoon in de menselijke geschiedenis – een icoon in de zin van iets dat verlangens opwekt en richting geeft aan ons zien en kennen. Onheilig, omdat het kijken ernaar het begin vormde van onze ongehoorzaamheid. Terwijl ze keken naar deze boom, vervormde deze hun kijk op henzelf. Als ze hun blik op God gevestigd hadden gehouden, hadden ze zichzelf in hem weerspiegeld gezien. Doordat zij hun blik afwendden van God en naar iets inferieurs keken zagen ze zichzelf, elkaar en God niet langer op de juiste manier.

‘De enige manier om deze reis van ongehoorzaamheid om te keren,’ zegt Jennings, ‘is door onze kijkrichting te veranderen.’ Daarom treedt er een nieuw heilig icoon het mensdom binnen, Jezus Christus, wiens leven onze vervormde blik en gefragmenteerde verlangens overwint. Omdat hij het beeld is van de onzichtbare God, brengt hij onze blik terug naar dat wat heilig is.

Ik noemde al een paar beelden die ik in mijn leven als onheilig ervaar: plaatjes van slanke smetteloze lichamen die mij vertellen dat mijn figuur en mijn vlekjes niet goed genoeg zijn. Afbeeldingen van wereldreizen en bestemmingen die mij vertellen dat ik een saai huismusje ben. Pinterest boards die mij zeggen dat mijn huis, mijn maaltijden en mijn feesten uitspattingen van DIY-creativiteit zouden moeten zijn. Het is een onmogelijke opgave om dit soort berichten de hele dag te ontwijken, maar omdat ik weet dat ik hier bijzonder gevoelig voor ben probeer ik er niet op in te zoomen met de ogen van mijn hart. Nogmaals, zij zijn niet verkeerd in zichzelf. Ze worden alleen verkeerd als ik ze mij voor mijzelf laat schamen of laat twijfelen aan mijn identiteit in Christus. Ik zou soms zo graag mooi, moedig, elegant en creatief willen zijn dat dit mijn blik afleidt van die Ene die mijn ultieme verlangen zou moeten zijn.

Als het kijken naar Christus de oplossing is om gezonde verlangens te herstellen, hoe kan dit dan als hij niet lijfelijk aanwezig is? Zoals Jennings zegt: ‘Verlangens zijn verbonden aan zien, aan tot ons nemen wat voor ogen is,’ waarmee hij de suggestie wekt dat iets materieel aanwezig zou moeten zijn. Oosters-orthodoxe gelovigen ontwikkelden om deze reden de gewoonte om iconen te schrijven en vereren, en om zo ook beelden van Christus te maken die herinneren aan zijn aanwezigheid en dienen als anker voor het dagelijks leven. Volgens hen maakt de Incarnatie iconen absoluut essentieel als we God willen leren kennen.

Mijn eigen protestantse beeldtheologie heeft veel te danken aan de oosters-orthodoxe zienswijze, maar is ook anders. Hoewel ik de openbarende kracht van beelden onderschrijf, staan ze voor mij niet op één lijn met de Schrift. Een ander belangrijk verschil is dat ik in mijn leven van devotie ook beelden gebruik die buiten de strikte canon van de orthodoxe iconografie vallen. Ik gebruik ze bovendien als hulpmiddel bij het gebed, maar ik vereer ze niet door ze te kussen of omhoog te houden. Niet omdat ik tegen dit soort vertoon ben, maar eerder omdat ik van nature een gereserveerd persoon ben en ook omdat ik de afbeeldingen vaak digitaal bekijk.

Ieder beeld dat de kijker dichter bij Christus brengt definieer ik als ‘heilig beeld’. De godsdienstige achtergrond van de kunstenaar is voor mij irrelevant. Wat voor de ene persoon een heilig beeld is, hoeft dat voor een ander niet te zijn. Je heiligt een beeld wanneer je het gebruikt om je naar God toe te leiden. Iedere dag kijk ik een tijdje naar een heilig beeld. Ik hou in het bijzonder van beelden van Christus. Dit kijken helpt mij mijn gedachten en verlangens te ordenen. Stil worden bij een beeld van Christus herinnert mij eraan wiens beelddrager ik ben. Dit neem ik mee gedurende de dag als andere beelden mij iets anders proberen te vertellen.

Hoewel mijn lichaam niet voldoet aan het ideaalbeeld van onze cultuur en ik niet zoveel heb gereisd of zo vaardig ben met mijn handen als ik zou willen, heb ik in Christus een icoon van God, een spiegel van het Goede, het Ware en Schone.

Naar dit beeld word ik veranderd, waardoor ik naar vrede verlang – niet een willekeurige vrede maar naar de vrede van Christus, niet alleen voor mijzelf maar voor de hele wereld:

Monika Liu Ho-Peh: Het stillen van de storm, 1950s.

Ik verlang ernaar om een gezant te zijn van genezing:

Julia Stankova: De genezing van de bezeten man, 2010. Tempera, gouache, aquarel op hout, 40 x 31 cm.

en van verzoening:

Wisnu Sasongko: Zacheüs, 2005. Acryl op doek, 28 x 52 inch.

Ik verlang ernaar om de wonden van Christus aan te raken:

Rechterpaneel van een ivoren tweeluik met de afbeelding van de ongelovige Thomas, gemaakt in Trier aan het eind van de 10e eeuw. Bode Museum, Berlijn.

Ik verlang ernaar om te dienen:

Sadao Watanabe: Jezus Wast de Voeten van Petrus, 1973. Stencildruk, 26 x 22.75 inch.

Ik verlang ernaar om mensen te ten te geven:

Isaac Fanous: De wonderbare spijziging.

en om mensen te helpen zien:

Anthony Falbo: De genezing van de blinde.

Ik verlang ernaar om mezelf te oefenen in opstanding:

De opstanding, detail, 1170-80, Rijn-Maas regio. Email op verguld koper. Het Louvre, Parijs.

Ik verlang naar het vuur van de Heilige Geest:

PinksterenBenedictionale van Aartsbisschop Robert, New Minster, Winchester, ca. 980. Gemeentelijke Bibliotheek van Rouen, MS Y.7(369), fol. 29v.

Ik verlang ernaar om waarheid te prediken:

Azaria Mbatha: Bergrede, linoleumsnede.

Ik verlang ernaar om te zegenen:

El Greco: Christus als Verlosser, 1610-14, olieverf op doek, 99 x 79 cm.

Ik verlang ernaar om met waardigheid te lijden.

Angelo da Fonseca, Ecce Homo, 1955. Aquarel, 9 x 6 inch.

Ik verlang ernaar om op te komen voor gerechtigheid:

Alexander Smirnov: Tempelreiniging), olieverf op doek.

Ik verlang ernaar om te beschermen:

Kim Young Gil: De overspelige vrouw.

Ik verlang ernaar om te vergeven:

Sassandra: Vader, vergeef hen. Kleurhoutgravure.

Ik verlang ernaar om te wenen met degenen die wenen:

Daniel Bonnell: Jezus weende, olieverf op doek, 46 x 34 inch.

Ik verlang naar verheerlijking:

Toegeschreven aan Theophanes de Griek: De verheerlijking, 1408. State Tretyakov Gallery, Moskou, Rusland.

Wij worden gevormd door wat we zien en we willen gevormd worden door goede dingen. We kunnen ons zien en ons denken voeden met heilige of onheilige iconen. Ik kies voor heilig. 

*******

Victoria Emily Jones woont in Baltimore in de V.S., waar ze werkt als redacteur en blogt op http://artandtheology.org/. Ze studeerde journalistiek, Engelse literatuur en muziek en onderzoekt momenteel hoe kunst kan bijdragen aan een nieuwe theologische omgang met de Bijbel. Ze is bezig een online galerie met oude en nieuwe werken bij specifieke bijbelteksten te ontwikkelen.