
Bezielde bossen van Jan Pieter Foppen
I took the one less traveled by,
And that has made all the difference.
Acht uur deden ze erover met de Citroën DS, elke zomer weer. Het maakte indruk op de vijfjarige Jan Pieter Foppen. Van 1977 tot 1984 ging hij met zijn ouders in de zomer naar het Duitse Sauerland. Het gebied is geliefd om zijn uitgestrekte bossen, glooiende weiden, glasheldere beken en rivieren en pittoreske dorpjes. De stilte van dat lieflijke landschap – er was toen nog niet zoveel toerisme als nu – is Jan Pieter altijd bijgebleven.
Tegenwoordig zoekt hij identieke ervaringen in de Morvan, een natuurgebied in de Franse Bourgogne. Vredig platteland, dichtbeboste gebieden met meren. Dit is de groene Bourgogne waar de tijd stil staat. En ja, er zijn natuurgebieden in Europa die ongetwijfeld veel indrukwekkender zijn dan de Morvan, maar juist dat rustige, mijmerende, glooiende trekt hem.
Het landschap op het schilderij is zacht van lijn. Geen harde, hoge bergen. Geen landschappen die je verpletterd doen staan en die zich aan je opdringen. Ze zijn lieflijk en nodigen je uit om erin te verdwalen, maar ook om weer terug te komen. Iedereen kan zich verhouden tot zo’n bos, heerlijk geschilderd op metersgrote doeken. Hierin komt alles samen: licht dat zich door het bladerdek dringt, boomstammen als getuigen van de tijd, de veelheid aan groentinten. Deze bosschilderijen hebben een ziel en zijn tijdloos.
Met Robert Frost kiest Foppen het minst belopen pad. Figuurlijk doet hij dat door figuratie te omarmen. Want waarom is abstract of conceptueel het summum van expressie? Juist in de natuur, waarin het barst van kleur en emotie, ligt zoveel gevoel dat erom vraagt verbeeld te worden. Soms doet Foppen dat mijmerend, voorzichtig. Het bospad dat niet belopen is, onontdekt door toeristen. Voorzichtig legt hij het vast, alsof het bos niet wakker gemaakt mag worden. De grootsheid van de schepping versus pogingen van een kunstenaar het te bevatten. Tegelijk zit er lef in. Het bos móet geschilderd worden, het pad betreden. Verf die driftig gemengd wordt op palet. De kwast raakt het doek, Foppen tovert met tinten groen. En steeds dat toverachtige licht dat de natuur leven geeft. De Schepper bemoeit zich met zijn creatie. Hier, in deze bossen, wil je wandelen en eindeloos dwalen. Verdwalen.

Voordat Jan Pieter Foppen bossen schilderde, was met name de stad het onderwerp van zijn kunst. Met zonlicht overgoten straten en pleinen in Amsterdam, Utrecht en Parijs met zijn wandelaars in tegenlicht en uitnodigende terrassen. Heeft Jan Pieter Foppen het rumoer van de stad ingewisseld voor de stilte en eenvoud van het bos?
“Het één sluit het ander niet uit. In het schilderen van het bos heb ik iets gevonden dat ik zocht. Ik heb een onderwerp als ‘bomen’ niet bewust gezocht. Het onderwerp drong zich op gegeven moment aan me op. In de bosschilderijen wil ik de essentie raken, iets dat me bij het stadsgezicht nog niet lukt. Het bos is herkenbaar, tegelijkertijd is het verrassend verwonderend. Als ik in Frankrijk over een bospad loop of door een dorp kom, waar alles verstild lijkt, dan word ik zo aangeraakt. Of in een hele oude kerk met zuilen, waar dat stille licht op valt. De eeuwigheid en tijdloosheid die je dan voelt. Zo ontzettend mooi!”
**********
Jan Pieter Foppen: La courbe d’or 2, olieverf op doek, 140 x 200 cm.
Jan Pieter Foppen: Rustmoment, olieverf op doek, 40 x 25 cm.
En op afspraak.
Teo van den Brink (1986) studeerde communicatie en kunstgeschiedenis. Hij is actief als marketeer in de kunst- en museumwereld en schrijft als journalist voor diverse media. Van zijn hand verschenen verschillende boeken, waaronder Jan Pieter Foppen, Het licht gezien bij Uitgeverij Waanders & de Kunst.
ArtWay beeldmeditatie 18 augustus 2019