De weg

Wie gezegend is met een goed gevoel voor richting mag zich gelukkig prijzen. Zo’n oriëntatievermogen naar waarde schatten kan misschien alleen iemand die het zonder dat moet stellen. Want de weg niet weten is pure ellende.

Menigeen zal de ervaring kennen dat (goedbedoelende) mensen je bij navraag verschillende kanten uitsturen. Natuurlijk bestaan er tegenwoordig ingenieuze navigatiesystemen, een geweldige uitvinding, maar toch kun je zelfs op de meest geavanceerde navigator niet blind varen. Je zult altijd alert moeten blijven.

Wellicht heeft het labyrint daarom zo’n aantrekkingskracht op mij. Een labyrint kent maar één weg richting eindpunt, dat is de enige zekerheid, terwijl een doolhof, het woord zegt het al, vele doodlopende wegen en paden kent.

Het labyrint komt al in de oudste culturen voor. Beroemd is het labyrint te Knossos op het eiland Kreta, dat door Daedalus gebouwd werd voor de Minotaurus, de monsterlijke zoon van koning Minos. Theseus wist het monster met veel moed en doorzettings­vermogen te verslaan dankzij de draad van Ariadne.

In de vloeren van middeleeuwse kerken zie je vaker een labyrint verwerkt, een enkele keer is het zelfs op een muur of pilaar te zien. Voor het eerst zag ik zo’n vloerlabyrint in de kathedraal van Amiens en later ook in die van Chartres. Het labyrint was niet zozeer bedoeld ter verfraaiing van de kerk, maar verbeeldde de dwaalwegen in het leven. Het had wel degelijk een functie voor degenen die hun innerlijk kompas voor richting waren kwijtgeraakt.

Kerken met een labyrint trokken pelgrims aan die zich om wat voor reden ook een pelgrimstocht naar Rome of Jeruzalem niet konden veroorloven. Lopend of op de knieën gingen zij de weg door het labyrint. In het hart van het labyrint aangekomen, is de pelgrim zich bewust van het werkelijke doel in het leven, de weg richting God. Gelouterd mag de pelgrim zijn weg vervolgen richting altaar in het besef dat God zijn enige zekerheid is. 

******* 

Cathédrale Notre-Dame, Amiens: Labyrint, 13e eeuw. 

Yvonne van den Akker-Savelsbergh (1945) is exegeet Nieuwe Testament.